Dementie is de naam voor ruim 50 ziektes, waarbij de hersenen niet meer goed werken. De meest voorkomende vorm is de ziekte van Alzheimer. Bij dementie gaan de zenuwcellen in de hersenen kapot. Ook kunnen de verbindingen tussen de zenuwcellen kapot gaan. De zenuwcellen of de verbindingen ertussen kunnen ook intact blijven, maar minder goed werken. Daarnaast kan ook de bloedstroming in de hersenen veranderen. Door al deze dingen krijgt u moeite met uw geheugen, met dingen plannen en met mensen begrijpen. U kunt ook meer moeite krijgen met dagelijkse activiteiten, zoals boodschappen doen. Wat u precies ervaart, in welke mate en hoe snel de achteruitgang is, verschilt per persoon.
De kans op dementie neemt toe met de leeftijd. Van de mensen met een leeftijd boven de 90 jaar, heeft 40% dementie. Van alle mensen krijgt 1 op de 5 dementie. Voor vrouwen is de kans groter om het te krijgen, namelijk 1 op de 3 vrouwen krijgt in haar leven te maken met een vorm van dementie. Naast de leeftijd, heeft u ook meer kans op dementie als het voorkomt in uw familie of als u rookt.
De symptomen die u als eerste kunt merken, verschillen per persoon. Deze klachten worden vaak herkend door familie of naasten en zijn vaak kleine klachten die vaker terugkeren. Echter kunnen deze klachten ook andere oorzaken hebben dan dementie. Daarom is het van belang om de klachten te bespreken met uw huisarts. De klachten die u kunt herkennen zijn:
- Vergeetachtig zijn: dit kan in de vorm van nieuwe informatie vergeten, belangrijke gebeurtenissen vergeten of telkens dezelfde vraag stellen.
- Problemen met dagelijkse activiteiten hebben: het kan moeilijker worden om boodschappen te doen of koffie te zetten. Het kan ook lastiger worden om hobby’s uit te voeren of dingen te plannen.
- Minder besef van tijd en plaats hebben.
- Moeilijker vinden om een gesprek te volgen. Midden in de zin stoppen, zinnen herhalen of namen vergeten.
- Spullen kwijtraken.
- Moeite hebben met situaties inschatten en keuzes maken.
- Minder sociale activiteiten: minder sociale activiteiten ondernemen, maar ook bijvoorbeeld uren achter de televisie zitten en meer slapen.
- Het gedrag en karakter kan veranderen. Iemand met dementie kan achterdochtig, angstig of verward zijn.
- Onrust: de persoon met dementie heeft de hele tijd het gevoel iets te moeten doen. Hierdoor kunnen ook slaapproblemen ontstaan.
- Problemen met zien. Dit komt omdat de hersenen minder goed kunnen verwerken wat er gezien wordt, bijvoorbeeld moeite met afstand inschatten.
Voor elke vorm van dementie gelden er andere adviezen. Dit is ook verschillend per klacht die u ervaart. Het is in ieder geval van belang om thuis hulp en ondersteuning te krijgen van naasten of van de thuiszorg als de klachten erger worden. Verder is het belangrijk om uw wensen voor de toekomst goed én op tijd te bespreken met uw naasten of huisarts.
Als u vermoedt dat u, of iemand in uw omgeving, dementie heeft, neem dan contact op met de huisarts. De klachten die bij dementie horen, kunnen veel verschillende oorzaken hebben en het is belangrijk om dit te bespreken met de huisarts.
Als u in een korte tijd veel meer in de war raakt dan normaal, neem dan ook contact op met uw huisarts. Het kan ook zijn dat u last van een delier heeft.
Voordat u belt, doorloop eerst deze vragen.
Start