Veel mensen hebben slapen wel eens slecht, maar mensen die hier langdurig last van hebben en gedurende de dag daardoor ook klachten ervaren, kunnen last hebben van een slaapstoornis. Er zijn verschillende soorten slaapstoornissen:
- Slapeloosheid. Hierbij heeft u moeite met slapen en ligt u vaak wakker. Ook wordt u meerdere keren per nacht wakker en kunt u lastig in slaap komen na het wakker worden.
- Slaapapneu en andere ademhalingsstoornissen. Hierbij haalt u niet goed adem tijdens het slapen waardoor u wakker wordt. Hierdoor kunt u niet goed in diepe slaap komen en rust u niet goed uit. Hierdoor bent u vaak ook overdag nog heel moe.
- Slaperigheid overdag. Hierbij bent u overdag slaperig terwijl u wel heel de nacht heeft geslapen.
- Verstoord dag-nachtritme. Normaal gesproken bent u overdag wakker en slaapt u ’s nachts, maar als de biologische klok in de war raakt, kunt u last krijgen van een slaapstoornis. Daardoor slaapt u bijvoorbeeld pas erg laat en moet u weer vroeg op, waardoor u niet goed uitgerust bent.
- Ongewoon gedrag tijdens het slapen. Hierbij kunt u denken aan slaapwandelen, bewegen tijdens het slapen of angstaanvallen tijdens het slapen.
- Rusteloze benen.
Mensen met psychiatrische stoornissen, zoals een psychose, depressie, angststoornis of manie hebben vaker ook last van slaapklachten. Ook mensen met obesitas, diabetes, hersenaandoeningen of schildklieraandoeningen hebben meer kans op het krijgen van een slaapstoornis.
De klachten die ontstaan door slaapstoornissen zijn bijvoorbeeld:
- ‘S nachts wakker worden.
- Slecht inslapen.
- Slaapgebrek.
- Slapen op ongewone tijdstippen.
- Tandenknarsen.
- Onrust in de benen.
- Nachtmerries.
- Slaapwandelen.
- Vroeg wakker worden.
- Concentratieproblemen.
- Slaperig overdag.
- Vermoeidheid.
Om de klachten van uw slaapstoornis te verminderen, kunt u de volgende adviezen opvolgen:
- Kijk een aantal uur voordat u gaat slapen niet meer naar een scherm, zoals een laptop of uw smartphone.
- Drink geen alcohol voordat u naar bed gaat.
- Eet geen zware maaltijden voordat u naar bed gaat.
- Zorg voor een fijne slaapomgeving waarin het niet te warm is en waar het stil is.
- Ontspan voor het slapen door bijvoorbeeld een boek te lezen of te mediteren.
- Ga elke dag op dezelfde tijd naar bed en sta elke dag op dezelfde tijd op.
- Beweeg regelmatig en houd een halfuur beweging per dag aan.
- Sport niet vlak voordat u gaat sporten.
- Slaap niet overdag.
Neem contact op met uw huisarts als:
- U problemen ervaart tijdens het slapen.
- Uw kind slecht slaapt. Slecht slapen bij kinderen kan ervoor zorgen dat zij zich minder goed kunnen ontwikkelen en slecht groeien.
- U vermoedt dat u slaapapneu heeft. Uw huisarts verwijst u meestal door naar een KNO-arts of neuroloog. In het ziekenhuis ondergaat u eerst een slaaponderzoek om de slaapapneu vast te stellen. Dit onderzoek kan ook bij u thuis plaatsvinden. Daarna stelt de arts enkele behandelingen en/of hulpmiddelen voor om uw klachten te verminderen. Voorbeelden hiervan zijn een slaapbitje en nachtelijke beademing.
- U extra advies wilt hebben over het aanpassen van uw leefstijl. Uw huisarts kan u doorverwijzen naar de juiste specialist, zoals een diëtist, een leefstijlcoach en/of uw fysiotherapeut.
- Uw klachten zo erg zijn dat ze uw dagelijks leven verstoren.
Voordat u belt, doorloop eerst deze vragen.
Start